Wat voor gevolgen hebben de drie BENG-eisen voor bouwers en installateurs? Zijn er apparaten of systemen die buiten de boot vallen? Wat voor effect heeft het verhogen van de isolatie? En kan ventilatiesysteem C nog?
De markt is zich volop aan het voorbereiden op de komst van BENG-gebouwen. Leveranciers, architecten, installatieadviseurs iedereen stoeit met de BENG-indicatoren. Senior adviseur Harm Valk van Nieman Raadgevende Ingenieurs is al twee jaar bezig met niet aflatend enthousiasme de bouw- en installatiewereld te informeren over de BENG-eisen en de samenhang tussen BENG-1, -2 en -3. Want er is genoeg te vertellen. Hoe de samen-hang tussen de drie BENG-indicatoren in elkaar steekt, waarvan BENG-2 (fossiel energiegebruik) nog het meest is te vergelijken met de EPC.
Het grote verschil is de scheiding tussen het gebouw en de technische installaties. Valk: “Doordat alles in de EPC op één hoop werd gegooid, keken ontwerpers minder naar de energiebehoefte van een gebouw. Het was soms goedkoper om een douche-wtw toe te passen dan dikker te isoleren. Nu zijn het twee aparte grootheden. BENG-1 leg je voor 40-50 jaar vast tot de volgende grote verbouwing. Apparaten als een warmteopwekker en ventilatie-unit in BENG-2 hebben globaal een levensduur van vijftien jaar.”
Lees het gehele artikel BENG scheidt gebouw en installaties heen, gepubliceerd in de Bouwspecial BENG van Eisma juni 2018
Lees ook de andere artikelen uit deze Bouwspecial BENG